Zaterdag, een dag om veel films te gaan zien. Al drie films gereserveerd, maar er zit nog een gaatje tussen. Wellicht de kans om “Uber uns all” te zien, maar die blijkt al helemaal vol te zitten. Want, beste lezers, het is hartstikke druk bij het Leids Film Festival. Blijft dus gewoon bij drie films op deze mooie dag.
We Need to Talk About Kevin (Verenigde Staten/Engeland)
Met o.a. Tilda Swinton, John C. Reilly en Ezra Miller
Regie: Lynne Ramsay
Ik heb me altijd afgevraagd wat ouders doormaken van een kind, dat een zinlose moordpartij begaat. Zoals de schietpartij in een Alphens winkelcentrum of op een school, zoals regelmatig voorkomt. Wat doet dat met je als ouder, hoe kijk je dan tegen je eigen ‘vlees en bloed’ aan.
Dat is het onderwerp van We Need to talk About Kevin, een uiterst ongemakkelijke film, ‘utterly disturbing’ zouden de Engelsen zeggen. De film schiet heen en weer door de tijd. Soms is het lastig om te bepalen in welke tijd je zit. Het verbindende element tussen die tijden is de kleur rood, van bloed. We zien de ouders voor de geboorte van Kevin, gelukkig in hun vroege huwelijk. Dan komt Kevin en zien we hoe vooral de moeder worstelt met de relatie met hun veelvuldig huilende zoontje. We zien haar wanhoop, we zien ook haar probleem om een gevoelsrelatie te leggen.
Daar doorheen snijden opnames van een donkere avond, sirenes, zwaailichten, veel mensen voor een school waar iets vreselijks is gebeurt. De camera zit overal bovenop, met veel beweging. Dat zorgt voor actie, maar ook voor een nerveuze, spannende beeldvoering.
We zien hoe het gezin functioneert, hoe Kevin langzamerhand zijn ouders manipuleert. Is Kevin vanaf zijn geboorte een ijskoude psychopaat of komt het door zijn verstoorde kind-moeder relatie, gevoelsarm. U mag het zelf invullen.
We Need to Talk About Kevin is een harde, wrede film die probeert te ontleden hoe een Kevin uiteindelijk tot zijn gruweldaad komt. De film geeft geen antwoord, laat de worsteling zien van iedereen die er bij betrokken is. Het is een film die je eigenlijk gezien moet hebben om enigszins dit soort zaken te snappen.
Mijn waardering is een 9.

Albatross (Engeland)
Met o.a. Sebastian Koch, Julia Ormond, Felicity Jones en Jessica Brown Findlay
Regie: Niall MacCormick
Albatross is een aardige coming-of-age film met een absolute hoofdrol voor de jonge Jessica Brown Findlay in de rol van Emelia. Emelia is een 17-jarig meisje, dat bij haar grootouders woont. Haar oma leidt aan Alzheimer. Ze is in de veronderstelling dat Arthur Conan Doyle een verre voorouder van haar is en daarom heeft ze literaire aspiraties.
Emelia verdient haar centjes als kamermeisje in het pension van Jonathan (Sebastian Koch) en Joa (Julia Ormond), wier dochter Beth (Felicity Jones) als snel vriendin wordt met Emelia. Jonathan is een schrijver met een writers block, die één grote kaskraker heeft geschreven maar daarna tot niets meer is gekomen. Hij verdoet zijn tijd op zijn werkkamer achter zijn laptop, kijkt wat porno, heeft geen contact meer met zijn vrouw Joa en laat haar de kastanjes uit het vuur halen in het pension.
Emelia, sexy en verleidelijk, windt Jonathan om haar vingers, krijgt schrijfles van hem en een verhouding is het gevolg. Uiteraard leidt dit tot komische scenes, maar als het uitkomt dan barst de bom ook goed. Zoals gezegd is Albatross een aardige film, met charmante acteurs, een aardig verhaal, maar tegelijkertijd hebben we dit al vaker gezien. Maar hou die dekselse Jessica Brown Findlay in de gaten, dat kan nog een grote filmnaam worden.
Mijn waardering is een 7.

The Guard (Ierland)
Met o.a. Brendan Gleeson, Don Cheadle, Liam Cunningham en Rory Keenan.
Regie: John Michael McDonagh
Behoefte aan lekker lachen om intelligente humor? Dan is The Guard precies de goede film, een hele zwarte Ierse komedie met een geweldige hoofdrol voor Brendan Gleeson als de totaal eigenzinnige politieman Gerry Boyle. In deze debuutfilm van John Michael McDonagh is alles goed. Superbe dialogen, zoals “I’m Irish. Racism is part of my culture”, geweldige acteurs op precies de juiste rol, het geweldige desolate landschap van Ierland, een lekker verhaal.
Sergeant Boyle krijgt tijdens een briefing te horen dat er een grote cocaine deal op komst is. Ergens gaat een jacht aanleggen met voor honderden miljoenen aan drugs aan boord.
Daarom is FBI-agent Wendell Everett (Don Cheadle) uit de VS overgekomen. De relatie tussen Boyle en Everett is van een bijzonder gehalte, hun gesprekken zijn van een totaal absurdistisch niveau. Dat absurdisme doorspekt de hele film en geeft juist die bijzondere charme, die deze film onderscheidt van veel andere zwarte komedies.
Vaak kent dit soort films een soort buddy/kameraadschap tussen de hoofdpersonen. Hier is dat niet zo, dat geeft net ook weer die andere twist aan deze film. Voortdurend net even anders dan gewoonlijk en daarom zo verrassend en origineel.
Mijn waardering is een 8,5.
Dat is weer genieten HW. Loop een beetje achter met de recencies lezen maar ga dit zeker nog doen. Zelf ben ik een beetje uit het filmkijken geraakt. Moet daar toch maar weer eens verandering in brengen met de donkere dagen op komst.