Na afloop van de Tour de France, enkele weken geleden, besloot ik om me eens wat meer te verdiepen in het verleden van het racefietsen. Een medelid van mijn leesclub beschikte over het boek Het Zweet der Goden van Benjo Maso. Met als ondertitel ‘Legende van de wielersport’.

Het boek stamt uit 2003 en het gaat dus niet over de recent verreden Tours. Nee, het begint in 1868 als er in Parijs voor het eerst een ongewoon spektakel plaatsvindt. Namelijk snelheidsraces op ‘vélocipèdes’, nieuwe vervoersmiddelen die nog maar pas waren geïntroduceerd.
Deze eerste races gingen over 1200 meter De eerste winnaar, ene Polocini, deed er iets meer dan tweeënhalve minuut over.
Op het Franse platteland werden al eerder wielerwedstrijden gehouden, maar daarover was in Parijs niets bekend.
Maar de eerste grote fietsheld werd de Engelsman James Moore. Niet veel later won hij de eerste wegwedstrijd, over 135 kilometer, van Parijs naar Rouen. De race was een groot succes en inmiddels was de vélocipède vervangen door de ‘bicycle’, een fiets zoals die er nu nog uitziet.
In die tijd werden de races vooral georganiseerd door dagbladen, die hun oplages door de heroïsche verslagen aanzienlijk zagen stijgen. Er viel goed geld te verdienen met lange afstandsraces, zoals Bordeaux – Parijs over 575 kilometer. Eind 19e eeuw werden alleen nog maar monsterraces verreden. Fietsfabrikanten traden op als belangrijkste sponsoren.
De eerste Tour werd in 1903 verreden. Zes etappes van gemiddeld 400 kilometer, die in een week verreden moesten worden. Aanvankelijk was er weinig belangstelling van de fietshelden, maar nadat de wedstrijd was verlengd naar 19 dagen en het prijzengeld was verhoogd kwamen voldoende aanmeldingen. Deze eerste Tour was een gigantisch succes.
En zo krijgt in meer dan honderd jaar de tour de France zijn huidige vorm. In het boek staan geweldige verhalen over de diverse legendes, die meestal geen legendes bleken te zijn.
Of over de vroege fietsers, die zakjes met spijkers meenamen om de tegenstanders lekke banden te bezorgen. Of gerommel door de organisatie om toch vooral maar de juiste winnaar te krijgen.
Het meest schokkende is nog wel de constatering dat met de opkomst van de grote doping de Franse autoriteiten, tot aan de regeringskringen toe, hun uiterste best deden om deze praktijken te verdoezelen.