Dinsdag 4 juli 9:30 uur
Drrrriiiingggg, Drrrriiiingggg. De telefoon klinkt hard in de kleine ruimte van het Torentje. Mark schrikt op uit zijn overpeinzingen.
“Hallo, met Mark”.
“Hoi Mark, Sophie hier. Zeg Mark, ik heb gisteravond nog eens zitten denken over die vreemdelingen die bij bosjes het land instromen. Valt daar nou echt niets aan te doen?”
“Nou, Sophie. Als klein landje kunnen we daar relatief weinig aan doen, maar in Europees verband moet er wel wat mogelijk zijn”.
“Maar Mark, je weet toch dat de partij een deadline heeft gesteld. Ik heb dat in de Kamer nog bevestigd. Vrijdag moet er iets liggen, wat dan ook.”
“Sophie, je kent me, ik ga aan de slag of beter gezegd, ik ben al aan de slag. Ik ga gauw verder, see you, bye”.
Verdulleme, denkt onze altijd optimistische leider. Dat is waar ook, die stomme deadline. Wie verzint zoiets in de politiek, dan moet je bijna wel suïcidaal zijn. Maar goed, aan de slag en maar weer eens met die christenbelijders aan tafel.
Woensdag 5 juli 14:00 uur
Drrrriiiingggg, Drrrriiiingggg. Het zoveelste telefoontje, denkt onze frisse Mark, over storm Poly. Wat heeft het gestormd, maar gelukkig is Poly inmiddels geluwd. Het lijkt verdorie wel de politiek, stormen die bijna altijd toch ook luwen.
“Hoi, met Mark”.
“Hallo Mark. Met Sophie. Heb je nog schade gehad van de storm, staan alle bomen nog overeind bij het Catshuis”. “Volgens mij wel, maar ik heb het nog niet gecheckt. Maar daar bel je vast niet voor”.
“Nee dat klopt Mark. Ik ben benieuwd of je de christenbelijders nog hebt gesproken en of je nog iets bent opgeschoten. Want nogmaals, vrijdag nadert al snel”.
“Ja, Sophie. Ik heb ze gesproken maar ja, ze hebben het voortdurend over christelijke waarden en de kracht van het gezin. Ik kom er gewoon niet door”.
“Dan zou ik maar eens harder in gaan, probeer eens een gestrekt been”.
“Nou Sophie, dan ga ik straks maar even oefenen met Álvarez van Ajax. Die schijnt dat goed te kunnen, hahahahaha”.
Mark nam nog een hapje van zijn groene appeltje en dacht na over hoe hij dat nou moest gaan doen. Hij trok het boek “Il principe” van Machiavelli nog maar eens uit de kast, voor de broodnodige inspiratie.
Donderdag 6 juli 10:00 uur
Drrrriiiingggg, Drrrriiiingggg. De telefoon klinkt schril in het kleine torenkamertje.
“Mark”.
“Hé Mark, wat heb je nou gedaan. Je hebt iedereen op de kast gejaagd met je lompe gedrag. Dat zijn we niet van je gewend. Hoe moet je nu verder. Wat moet ik straks tegen de pers zeggen, want wat ik gehoord heb vind ik echt ongehoord. Zo ga je toch niet met je collega’s om”.
“Sophie, maak je geen zorgen. Straks bied ik mijn excuses aan voor mijn lompheid en dan kunnen we verder praten, maar de paaltjes zijn inmiddels wel geslagen”.
“Maar Mark, niemand gelooft nog in jouw excuses, die heb je al duizend keer voor van alles en nog wat gegeven. Schiet op man, dit kan niet”.
“Rustig, rustig, Sophietje. Ik heb gisteren Machia nog even er op nageslagen. Ik forceer gewoon een crisis, laat het kabinet vallen en we gaan op naar de volgende verkiezingen”.
Epiloog
En zo gebeurde. Want als Mark dit niet had gedaan, was hij de steun van zijn partij kwijtgeraakt en was het afgelopen met zijn carrière. Even door de zure appel bijten en hij kon weer als VVD-lijsttrekker aan de slag en lonkte Rutte V. En de tegenstanders hangen allemaal in de touwen, de stumperds. Die hebben geen Machiavelli in de kast staan.
Geef een reactie